maandag 15 april 2013

Shiloh en Bet-El



Shiloh en Bet-El

Om een uur om half 9 vertrokken we in stijl, met de uitgeleefde Landrover van Koen en een gloednieuwe witte huur-Nissan. Voor het avontuur moest je in de eerste zitten, voor de luxe in de tweede. Ik had m’n keuze snel gemaakt. Want vandaag bracht ons op safari in nieuw ontgonnen gebied: de bergen van Samaria en Judea.
Ofra, nederzetting
Lege paleizen...

In een ondergrondse workshop: olijfpersen!
Ruïnes van grotwoningen
Voorbij de ‘armistic lines’ eindigt de (Israëlische) beschaving niet. Onderweg rijden we door heuvels met olijfbomen, wijngaarden en bedoeïnedorpjes met schapen, geiten en ander vee. Het is niet zomaar een tripje. Er is een strijd gaande in deze omgeving, waar de Bijbelse stammen Benjamin en Naftali hun gebieden hadden. Onderweg worden we gecontronteerd met de realiteit van deze dag: een conflict tussen Joden en Arabieren, om land. We komen dan ook controversiële dingen tegen die wijzen op ontwikkelingen van de afgelopen decennia. Prachtige, leegstaande ‘paleizen’, gebouwd door rijke Palestijnen doen onze wenkbrauwen omhoogschieten. Verderop passeren we een verkeersbord, met in Hebreeuws ‘Shchem’ geprint en in het latijns handschrift ‘Nablus’. Het eerste verwijst naar het Bijbelse ‘Sichem’, waar de Abraham voor het eerst na zijn aankomst in Kanaän, een altaar voor God maakte.
Nadat de Israëlieten Kanaän hadden veroverd, riep Jozua de stammen van Israël bijeen in Sichem, richtte een steen op bij de heilige eik en liet de stammen trouw zweren aan God. Ook werd Kanaän onder de verschillende Israëlitische stammen verdeeld. Sichem werd aan de stam van Efraïm toegewezen. De stad werd belangrijk binnen Israël omdat ze dicht bij Bet-El en Shiloh, twee heilige plaatsen, lag.
De tweede naam, Nablus, is een verbastering van ‘Neapolis’, de naam die de Romeinen aan de stad gaven, en omdat er in het Arabisch geen ‘p’ bestaat, werd het ‘Nablus’. Alsof er twee werkelijkheden naast elkaar staan.
Koen laat ons nederzettingen zien van joden, die soms in eenvoudige bungalows met provisorische, eigengebouwde watervoorziening wonen, soms in mooie dorpen met rode dakpannen. Een zo’n nederzetting gaan we bezoeken, maar eerst Bet-El.
Bet-El: 'The site of Jacobs dream' en ruïnes van een tempel.
Bet-El betekent ‘huis van God’ en we komen, vlakbij het joodse dorp met dezelfde naam, bij een plein waar de ruïnes van een afgodentempel van een van de Israëlische koningen staat. ‘Site of Jacobs dream’ staat erbij. En dit moet de plek zijn waar Jakob, toen hij vluchtte voor zijn broer Esau, zijn hoofd op een steen legde om te slapen. Daar zag hij dat de hemel openging en een ladder naar beneden stond, waar hij engelen zag die Degene op de troon aanbaden. God beloofde dat Hij zijn verbond met Abraham zou doorzetten met Jakob. En daar staan wij, een mooie plek om Diezelfde Enige God te aanbidden en te danken voor dat Hij trouw is aan Zijn woord… in Zijn reddingsplan plan met de wereld, maar ook in ons persoonlijke leven. En dan vult stilte en rust, ondanks alles, mijn hart.
Bete avon/Sachtin/Eet smakelijk!
Op de bergen van Samaria


We naderen Shiloh en onderweg verliezen we de mooie Nissan achter ons even uit het oog. Wat wil je, met zo’n racende jeep. Maar bij de lokale supermarkt, vlakbij een synagoge in de vorm van de tabernakel, ontmoeten we elkaar weer. We kopen direct een fles wijn van de bergen van Samaria. Heel bijzonder.
Beladen met houmous, pita’s, drinken, tomaten, installeren we ons op een picknickbank in het mooie bezoekerspark.

Jesaja 31:
Dan zal ik voor elke stam van Israël een God zijn,
dan is Israël mijn volk – spreekt de HEER.
Dit zegt de HEER:
In de woestijn kreeg ik Israël lief,
het volk dat aan vernietiging ontkomen was.
Ik ging hun voor en gaf hun vrede.
Van ver ben ik naar je toe gekomen, vrouwe Israël.
Ik heb je altijd liefgehad,
mijn liefde zal je altijd vergezellen.
Ik breng je weer tot bloei.
Je zult weer dansen in de rei
en de tamboerijnen laten klinken.
In Samaria’s bergen zul je wijngaarden planten,
en mogen eten van de eerste vruchten.
De dag breekt aan
Tabernakelplaats in de verte
dat in Efraïm de wachters op de bergen roepen:
“Kom, laten we op weg gaan naar de Sion,
naar de HEER, onze God!”






Een archeologisch avontuur staat ons te wachten. Onderweg naar het terrein van de tabernakel komen we eeuwenoude huizen tegen, die in een grot onder de grond zijn ontdekt, vaak inclusief mikveh (joods ritueel bad). Hier een daar vinden sommige fanatiekelingen onder ons een paar stukjes parelmoerkleurig Romeins glas, een stuk van een Arabische waterkruik en een verdwaalde schildpad. Bij het tabernakelterrein, staat een groep gekeppelde toeristen die stilstaat bij de historische eerste hoofdstad van Israël. Kortom, een dag vol verrassingen.

Geschreven door Hanna P.

maandag 1 april 2013

DE PISANG




De Pesachweek is afgesloten. Tijdens de Sedermaaltijd wordt de vraag gesteld door de jongste aan de vader: 'Waarom is deze dag anders dan alle andere?' En dan verteld Abba hoe het volk uit Israel is bevrijd. Ook wij nuchtere Hollanders zouden een dergelijke vraag kunnen stellen, ook al is het antwoord dan niet op de Bijbel gericht maar op onze geschiedenis. Het betreft namelijk 1 april. Op die dag in 1572 verloor Alfa zijn bril en dit is een dag dat er in Nederland grapjes worden uitgehaald. Onze dag begon in ieder geval redelijk normaal. Tijdens het ontbijt werd Hanna D, onze zuiderbuur getest, op een dergelijke vraag. 'Wat zit er op je blouse?' Na het bezien te hebben, werd er dan gezegd: '1 april' omdat er natuurlijk niets was. Na het ontbijt hebben we een dienst bijgewoond in de grote Synagoge. Deze dag is ook de 7e dag van Pesach en iedereen heeft dan ook weer vrij. Het is bijzonder om mee te mogen maken hoe God wordt geprezen en geloofd en de mannen te zien in hun tallit, hun gebedskleed. Wanneer de punten van het kleed zijn omgeslagen over hun schouders, doet dat mij denken aan Arendsvleugels. "Ik heb u op arendsvleugels gedragen'. Er is diep ontzag en eerbied voor het Woord wat is opgetekend in de Torahrollen. Deze morgen werd er niet alleen gezongen door de voorzanger, maar was er ook het grote mannenkoor. Indrukwekkend om dit ook aan te horen ook al kan je niet alles verstaan. Je voelt het wel. Eenmaal thuis gekomen, ja ,dat ga je zeggen na 2 maanden, was er bij mij grote consternatie. De muis die normaliter aan de laptop vastzit, was zoek. Niemand had hem losgehaald van de laptop. Marianne had hem uiteindelijk’s-ochtends het laatst gebruik. Was er dan iemand binnen geweest?, rees toen de vraag. Hebben we al onze spullen nog wel? Achteraf moet je dan wel constateren dat het eigenlijk een onlogische vraag is. De laptop is er nog(!) en de muis is weg....... Bij het navraag doen werd ik opgezadeld met een raadsel. Een van de vele die dag. Deze luidde: 'Wat doet de kat?' Zelf dacht ik, dan piepen de muizen, maar het goede antwoord was: die springen op tafel. En ja hoor, daar lag de muis. Gedurende de loop van de dag werden er meer raadsels opgegeven en moest er naar antwoorden worden gezocht. Een bijzondere manier om 1 april te vieren. Leuke dingen waren het en de joligheid kwam er goed in. Ook een normaal een spelletje zat er niet meer in. Er werd ontzettend gemanipuleerd. Het woord 'pisang' begon tot stand te komen. Zo werd mijn gevoel: 'Dat ben ik vandaag'. Om er een wending aan te geven gaf ik dus ook maar een raadsel op. De vraag 'Wat ben ik?' met de aanwijziging: FRUIT, kan ook anders zijn. Een toffe peer bijvoorbeeld, maar dat gevoel had ik niet. Tijdens de maaltijd werd de vraag gesteld: 'Wat klopt er niet aan de gedekte tafel'. Iedereen mocht raden, maar zij wisten het antwoord al.





Bij mijn bord lag een heeeeele grote vork waarmee ik mocht eten. ’s-Avonds hebben we elkaar mogen bemoedigen en complimentjes geven. Iets wat we normaal ook al niet doen. Prachtig om zoiets mee te maken. De avond werd afgesloten, nadat we met elkaar gebeden hadden, met het maken van een filmpje. Ik kreeg een soort interview over hoe ik deze dag heb ervaren. Plotseling kreeg ik nog wat extra schouderklopjes. 'Waarom?' was natuurlijk de vraag. Het antwoord kreeg ik snel. Ik heb middag en avond gelopen met een briefje achterop mijn rug waarop stond: 'Geef mij een schouderklopje a.u.b. dat kan ik deze dag wel gebruiken.'Hoe makkelijk is het dan ook om een dag anders te laten verlopen dan andere dagen. De touwtjes in handen hebben kan wel eens heel anders uitpakken als dat je denkt.

Arij


Dag 1 woestijn


Een paar dagen vrij in de ‘pesachvakatie’…  net als veel Israëlische gezinnen hebben we na de sedermaaltijd en de bijhorende schoonmaak, onze tassen en slaapzakken gepakt voor een uitstapje naar… de woestijn!

Toen de twee huurauto’s volgestouwd waren met dozen matzes, rugtassen en flessen water kon het avontuur beginnen. We vertokken samen met onze super-gids Inge richting het zuiden. Bestemming 1: Mitspe Ramon. Onderweg door het glooiende groene landschap kwamen we langs de geboorteplaatsen van koning Herodes en Simson (Bet Shemesh) en gingen op de foto met een lokale schapenkudde en hun bedoeïne herder.
Bij een benzinestation in Be’er Sheva kochten we drinken en pesach-koshere kokoskoekjes (die zijn nu alleen te koop).

De seder-tafel
Mitspe Ramon betekent letterlijk uitkijkpunt Ramon. (Ramon is de plaats vanwaar je uitkijkt over een enorme krater in de Negevwoestijn) De krater is 38 km lang, 6 km breed en 450 meter diep. Vervolgens zijn we vanaf dit ontzagwekkende uitzicht de krater ingereden: een plaats vol rotsen, kronkelweggetjes en opvallend genoeg: behoorlijk wat bomen en struiken. Na een matze-lunch op een parkeerterrein dat ook gebruikt wordt als campingplaats, reden we nog een kilometer verder over het hobbelige zandpad dat was afgebakend met netjes rechtopstaande stenen. Op een plek, voor ons gevoel letterlijk ‘in the middle of nowhere’, vonden we een ruïne van een soort dat door de Nabateeërs was gebouwd. Een handelsvolk dat in de oudheid leefde. Vanuit daar hebben we een miniwandeling gemaakt door de indrukwekkende natuur, wat helaas niet lang kon duren, want de weg naar het zuiden was nog lang.



Uitzicht in de wildernis
Picknicken in de krater
De bedoeïnekudde

40 jaar eeeeh minuten zwerven in de woestiijn
Bij de kampeerplek in de krater
In het guesthouse in Kadesh Barnea

Kadesh-Barnea, - wat betekent ‘Heilig-Schuilplaats van een zwerver’- was de eindbestemming voor de eerste dag. Na een reis door de droge en grillige Negev en Zin-woestijn, naderden we de grens met Egypte, waar een eenvoudige moshav (leefgemeenschap-dorp) met een vriendelijk gastenverblijf op ons wachtte. We werden ontvangen door een Nederlandse vrouw die met een messiaans-joodse man is getrouwd. De stilte en rust op het grote erf was aanstekelijk en al snel lagen we lekker in het gras uit te rusten en te spelen met de hond. Na het eten verzamelden we ons in een grote tent en vertelde Inge ons over de bijbelse betekenis van de plaats, waar het volk Israël lange tijd heeft gekampeerd voordat ze het beloofde land in mochten gaan. (Deuteronomium 9:23, Jozua 14:7, en Hebreeën 3) Een belangrijke les die we konden leren was dat we Gods beloften en opdrachten belangrijker zijn dan de ‘reuzen’ die we tegen komen bij het uitvoeren hiervan. Wanneer Hij zegt ‘Neem het land in beslag en ga er wonen’, wie zijn wij dan om bang te zijn en te zeggen dat we liever terug gaan naar Egypte om als slaven te leven?!