maandag 1 april 2013

Dag 1 woestijn


Een paar dagen vrij in de ‘pesachvakatie’…  net als veel Israëlische gezinnen hebben we na de sedermaaltijd en de bijhorende schoonmaak, onze tassen en slaapzakken gepakt voor een uitstapje naar… de woestijn!

Toen de twee huurauto’s volgestouwd waren met dozen matzes, rugtassen en flessen water kon het avontuur beginnen. We vertokken samen met onze super-gids Inge richting het zuiden. Bestemming 1: Mitspe Ramon. Onderweg door het glooiende groene landschap kwamen we langs de geboorteplaatsen van koning Herodes en Simson (Bet Shemesh) en gingen op de foto met een lokale schapenkudde en hun bedoeïne herder.
Bij een benzinestation in Be’er Sheva kochten we drinken en pesach-koshere kokoskoekjes (die zijn nu alleen te koop).

De seder-tafel
Mitspe Ramon betekent letterlijk uitkijkpunt Ramon. (Ramon is de plaats vanwaar je uitkijkt over een enorme krater in de Negevwoestijn) De krater is 38 km lang, 6 km breed en 450 meter diep. Vervolgens zijn we vanaf dit ontzagwekkende uitzicht de krater ingereden: een plaats vol rotsen, kronkelweggetjes en opvallend genoeg: behoorlijk wat bomen en struiken. Na een matze-lunch op een parkeerterrein dat ook gebruikt wordt als campingplaats, reden we nog een kilometer verder over het hobbelige zandpad dat was afgebakend met netjes rechtopstaande stenen. Op een plek, voor ons gevoel letterlijk ‘in the middle of nowhere’, vonden we een ruïne van een soort dat door de Nabateeërs was gebouwd. Een handelsvolk dat in de oudheid leefde. Vanuit daar hebben we een miniwandeling gemaakt door de indrukwekkende natuur, wat helaas niet lang kon duren, want de weg naar het zuiden was nog lang.



Uitzicht in de wildernis
Picknicken in de krater
De bedoeïnekudde

40 jaar eeeeh minuten zwerven in de woestiijn
Bij de kampeerplek in de krater
In het guesthouse in Kadesh Barnea

Kadesh-Barnea, - wat betekent ‘Heilig-Schuilplaats van een zwerver’- was de eindbestemming voor de eerste dag. Na een reis door de droge en grillige Negev en Zin-woestijn, naderden we de grens met Egypte, waar een eenvoudige moshav (leefgemeenschap-dorp) met een vriendelijk gastenverblijf op ons wachtte. We werden ontvangen door een Nederlandse vrouw die met een messiaans-joodse man is getrouwd. De stilte en rust op het grote erf was aanstekelijk en al snel lagen we lekker in het gras uit te rusten en te spelen met de hond. Na het eten verzamelden we ons in een grote tent en vertelde Inge ons over de bijbelse betekenis van de plaats, waar het volk Israël lange tijd heeft gekampeerd voordat ze het beloofde land in mochten gaan. (Deuteronomium 9:23, Jozua 14:7, en Hebreeën 3) Een belangrijke les die we konden leren was dat we Gods beloften en opdrachten belangrijker zijn dan de ‘reuzen’ die we tegen komen bij het uitvoeren hiervan. Wanneer Hij zegt ‘Neem het land in beslag en ga er wonen’, wie zijn wij dan om bang te zijn en te zeggen dat we liever terug gaan naar Egypte om als slaven te leven?!

Geen opmerkingen:

Een reactie posten